Uit: de Haagsche
Courant van 1 april 2003.
HELP! DE HUISARTS IS BANG VOOR INTERNET De virtuele huisarts heeft de toekomst. Patiënten willen niet langer een ochtend vrijnemen om in de wachtkamer te zitten. Ze willen snel en efficiënt worden geholpen. Maar de meeste huisartsen willen niet op internet. 'Ze zijn conservatief en bang voor veranderingen,' stelt emailarts Robert Mol. De patiënt weet wel wat hij wil van zijn huisarts. Telemedicine Emailartsen zijn onderdeel van E-Health ofwel Telemedicine. Dat is zorgverlening op afstand met gebruikmaking van moderne informatie- en communicatietechnologie. In Nederland komt het moeizaam van de grond. Het Platform Telemedicine Nederland bracht in september vorig jaar een rapport uit waarin overheid, zorgaanbieders en -verzekeraars worden opgeroepen om zich meer in de mogelijkheden te verdiepen. In landen als Zweden, Duitsland en Engeland wordt op grote schaal gebruik gemaakt van telemedicine-toepassingen als telezorg, videoconferencing en video-monitoring. Daardoor hoeft een verpleegkundige niet continu naar een patiënt om metingen uit te voeren. Met videoverbinding, een electronische stethoscoop en een digitale bloeddrukmeter levert de verpleegkundige de nodige zorg. Terug naar Nederland, waar het allemaal wat trager gaat. Van de plannen voor een internetdokter voor de Goudse regio die zorgverzekeraar Trias twee jaar geleden aankondigde, is bijvoorbeeld nog niets concreets van de grond gekomen. "Goh, wilden we dat twee jaar geleden al? Wat vliegt de tijd toch. Het staat wel op de agenda, maar er is inderdaad nog geen medische site voor onze verzekerden", aldus een medewerkster. Ook in het Westland is het initiatief voor een emaildokter blijven steken tussen droom en daad. Eind november vorig jaar kwam uit een door het regionaal patiënten en consumenten platform georganiseerd symposium dat veel patiënten we wat zien in een virtuele huisarts. Zorgverzekeraar DSW wilde zijn schouders daar ook onder zetten. Maar na bijna een half jaar is er alleen een projectplan. Op papier. "Het gaat inderdaad niet zo vlot. Maar volgende week hebben we een bijeenkomst belegd om te kijken hoe we handen en voeten aan het plan kunnen geven", vertelt voorzitter Van der Tas van de Districts Huisartsen Vereniging Delft Schieland Westland. Een betere toegankelijkheid van de huisartsen in die regio staat volgens Van der Tas voorop. "Het virtueel consult zou daar een onderdeel van kunnen zijn. Maar we willen ook de telefonische bereikbaarheid verbeteren." De voorzitter begrijpt de ergernis van Robert Mol wel. "Hij is zijn collega's natuurlijk tien stappen vooruit. Het is goed dat er pioniers zijn zoals hij. Anders zou er nooit wat van de grond komen". Maar Van der Tas vindt niet dat de huisartsen van conservatisme en veranderings-angst beticht kunnen worden. "Nee, ik zou het eerder koudwatervrees en behoedzaamheid noemen. Ze hebben nog niet zo'n duidelijk idee van wat er virtueel mogelijk is. Er ontstaat nu een beetje het beeld dat patiënten zichzelf via informatie op de website kunnen genezen. Dat is natuurlijk niet realistisch." Bovendien is de veiligheid van patiëntgegevens op het internet niet waterdicht. "Dat is voor veel artsen een heel belangrijk punt. Zij moeten de privacy kunnen garanderen." Anonimiteit De Goudse seksuoloog Peter Leusink maakt juist gebruik van de anonimiteit
van het internet. Vijf jaar geleden begon hij met de internetsite www.seksualiteit.nl.
"Omdat er nauwelijks serieuze informatie over seks te vinden was."
Tegelijkertijd werd de telefonische hulplijn van de Rutgersstichting opgeheven.
Een grote groep mensen dreigde buiten de boot te vallen. "Mensen
die niet zo snel met hun seksuele problemen naar de huisarts stappen.
Internet is laagdrempelig en anoniem." De respons die Leusink kreeg,
overtrof zijn verwachtingen. "Gemiddeld 120 tot 150 vragen per maand.
Daar beantwoord ik er zo'n veertig van. Want een heleboel mensen zijn
niet bereid om te betalen voor mijn consult." Leusink vraagt 4,50
euro voor een klein consult en 16,00 euro voor een groot consult. "Ze
zouden meer betalen als ze echt in mijn spreekkamer zouden komen."
Hij hoopt dat zijn internet-consulten helpen de angst om over seks te
praten te overwinnen en uiteindelijk tóch naar een huisarts of
seksuoloog tegaan. "In zeker de helft van de gevallen adviseer ik
dat omdat er meer hulp nodig is dan ik via internet kan bieden. Maar of
die mensen dat echt doen, weet ik natuurlijk niet".
|